|
Dit verhaal is meer een persoonlijke
ervaring. waarom? Omdat ze voor ieder van ons anders geweest zal zijn. Zaterdagavond
omstreeks half acht zoek ik me een plaatsje in de buurt van de manege.
De parking is overvol en in het vale licht van de straatverlichting kan
ik nog net een plek ontwaren. Eens uitgestapt, kruipt een eerste rilling
langs mijn ruggengraat omhoog. De kille avondbries streelt mijn gezicht
als een ontevreden minnaar. Plots schieten twee schimmen over de weg.
Een hond sleurt zijn baas met geweld in de richting van de manege. In
hun zog volgt een volgende schaduw. Dit kan alleen Ivo met gevolg zijn,
flitst het door mijn hoofd. Mijn gezellin voor vanavond is Dunja. Een
goede oefening voor een hond die angstig is in het donker. Ik posteer me
op een veilige plek langs de weg zodat ik alle aanstormende wagens in
het oog kan houden. Luttele minuten later snort een kleine bestelwagen
langs ons heen om even verder halt te houden in de berm. Onze gids voor
vanavond is dus present. Telkens als nieuwe koplampen de nacht
verlichten is het uitkijken of het iemand is die we op ons lijstje
hebben staan. Franz is de volgende, dan... telefoon! Ivo is inmiddels
mee komen postvatten. Neen, niet Marleen maar Peter is dit maal het
noorden kwijt. Minuten later staat hij bij ons dankzij de nuttige
richtlijnen van Ivo. Weer telefoon! Nu is het Marleen! Ook zij krijgt de
nodige aanwijzingen maar links en recht is niet voor iedereen hetzelfde
dus er volgt meer dan één gesprek. Ook zij wordt door Ivo tot aan de
manege geloodst.
Weer
doemen lichten op uit het duister. Als ook deze auto halt houdt, weten
we dat ons Waals gezelschap toegekomen is. De silhouetten van Monik en
Daniel samen met Zagorska en de senior van onze Hovawartjes Balder
krijgen vorm als ze ons naderen. Nog enkel wachten op Magali en Santos.
Helaas! Na het academisch kwartier, bestuiten we om onze griezeltocht
aan te vatten. Om 20:15 uur krijgen we van locale stand-up comedian
Alain een droge mededeling: "De verlichting die jullie bij hebben mag
enkel gebruikt worden in geval dat je je hond kwijt speelt of in geval
van nood. Bijvoorbeeld als je gevallen bent. Voor de rest wandelt
iedereen in het volslagen duister." Hoelang het duurt voor onze ogen aan
deze toestand wennen? Ongeveer een half uur!! OK! Op weg. Niet eens
honderd meter verlicht en dan rechts het bos in. De eerste meters van
onze wandeling weerklinken nog opgewekte stemmen. Eens het bospad
bereikt, verstommen de stemmen en blijft alleen het geluid van stappen en
hijgende honden over. Geen dertig meter in het bos en
mijn
voorliggers worden opgeslokt door het duister. Omdat zowel Dunja als
Jadzea leds om hun gespierde lijven droegen, mochten ze geen deel
uitmaken van de kop en moesten ze de achterhoede vormen. Een blik
achterwaarts stelt me gerust. Peter, Monik en Daniel volgen nog steeds.
Maar waar is de rest? Dit is geen goedkope Rambo productie, noch fictie.
Hier is het stappen en hopen dat je nergens tegenop knalt. Terwijl ik
steeds minder op mijn gezichtsvermogen kan vertrouwen, verscherpen mijn
andere zintuigen minuut na minuut. De enige manier om je weg te
vervolgen is door omhoog te kijken! Gek? Neen, de weg die hier blijkbaar
nog breed is, maakt een duidelijke afscheiding tussen de bomen. Geholpen
door de heldere sterrennacht, weet ik de richting te bewaren. Een
moordenaar op vijf meter van me af die me roerloos staat aan te staren,
loop ik argeloos voorbij. Niets kan je hier onderscheiden, geen struik,
geen boom, geen levende ziel. Te bedenken dat hier herten vrij kunnen
rondlopen! Als een dronken man zwalp ik over de weg. Naast de kille
avondlucht, streelt af en toe een twijg mijn gelaat. Alsof niemand voor mij de
weg genomen heeft, word ik soms gevangen in spinrag. Zit ik hier nog op
de juiste route? Ergens achter me ontwaar ik nog steeds de huppelende leds van Jadzea. Voor mij enkel een zwarte leegte. Hoe snel het
menselijk lichaam zich weet aan te passen! Gevoel en gehoor worden plots
veel intenser. Elke prikkel op de huid, elk geluid dringt door tot op
het bot. Dat geldt touwens ook
voor
mijn eigen stappen. Elke pas dreunt door mijn hoofd als een dodenmars.
Waar zit toch Alain en de rest van ons gezelschap?? Plots kom ik op een
T-kruising. Langs waar zijn ze nu verder gegaan? Inmiddels waren Peter,
Monik en Daniel ook komen aansluiten. Hoever hadden we nu gestapt? Een
kilometer? Neen! Nauwelijks enkele honderden meters. Nochtans leek het
een eeuwigheid geduurd te hebben. Een andere bosweg volgend, bracht ons
weer allemaal te samen. Tijd voor ons eerste griezel verhaal. Na deze
"opkikker" zetten we onze blindentocht verder. Rechte wegen zijn saai!
Dus nemen we er toch enkele kronkelende bospaden bij! Onwillekeurig moet
ik aan Vietnam denken. De toenmalige GI's verbleven weken in de jungle.
Hun tochten waren erger dan de hel. Elke nachtelijke stap kon hun einde
betekenen want overal werden boobytraps voor de oprukkende Amerikanen
achtergelaten. Moesten we van onze para ook iets dergelijks verwachten?
Had hij iets in het bos komen verstoppen om ons straks de stuipen op het
lijf te jagen? Waarschijnlijk ook niet. Hij weet ook dat hij naast
mensen ook Hovawartjes in zijn zog heeft en die reageren elk op hun
eigen manier op gevaar. Even later licht een kleine led op in het
duister. Weer tijd voor een halte en een volgend griezelverhaal. Sommige
dingen klinken zeer bekend in de oren zoals
De tuinman
en de Dood van P.N. van Eyck. Weer vervolgen we onze tocht. Op een
bepaald moment voert de weg ons langs een meertje. Nu ben ik echt niet
zo ver achter onze leider maar het duister is misleidend. Als ik rechts
mijn weg wil vervolgen, zakt de bodem onder me weg. Tijd om even bij te
lichten. Ik sta op een halve meter van het meer! Dat is niet de juiste
weg zeker? La Dunja blijft de hele tijd los aan mijn zijde. Geduldig
wacht ze tot ik op mijn passen terugkeer. Na nog enkele verwarrende
boswegen en verhalen komen we terug in de bewoonde wereld.
Terwijl
alle hondjes rustig bleven in het bos, hervallen de reuen in hun
gewoonlijke driften die ze overdag ten toon spreiden. Dreigend met
ontblote tanden en gegrol trachten ze opnieuw uit te vissen wie de
sterkste is. Hun pret is echter van korte duur. Behalve Dante en Balder,
mag de rest gaan rusten in de wagen van hun eigenaars. Tijd voor een
gezellige babbel in de omhelzende warmte van de manege. Ofschoon de
verhalen en gedichten iets anders lieten verwachten, vielen er geen
slachtoffers, moesten we geen lijken zoeken. Toch wel vermoeiend, zo'n
tocht door het duister. Niets van wat je overdag te zien krijgt lijkt
nog wat het is in het duister. Een verbodsbord met witte achtergrond
lijkt dan op een menselijk figuur. Bomen en struiken vormen hun eigen
wereld van schimmen en demonen. En zeggen dat we over de galgenberg
gewandeld hebben! Balder lijkt in de manege nog opgeslokt te worden door
de mist... of is de lens gewoon aangedampt?
Als ik huiswaarts keer, kijk ik toch maar even rond of er op het dak van
een auto geen
ontsnapte gek zit die met het hoofd van één van mijn vrienden de
cadans van zijn verwarring probeert na te drummen...
Een tochtje om eens met Halloween na te
wandelen! Griezels ter wereld... verzamel u!
Dunja & Marc (en de rest natuurlijk ook)

 |