Er was eens een puppy, nu Elmo genaamd. Hij
bleef lang bij mama maar mocht toen naar een familie die niet zo goed op
hem voorbereid was. Op de leeftijd van 4 maanden vervoegde hij ons gezin
via het asiel van Genk. Aanvankelijk vertoonde Elmo problemen met
voedselnijd maar die werden vlug verholpen. Verder was hij een gelukkige
puppy die op kon groeien ten midden van een gelukkige Hovawart familie.
Werken op school deed hij voorbeeldig behalve apporteren. Nu bijna 2
jaar na zijn geboorte steken de echte problemen hun kop op. Stel je een
pup voor die volstrekt in jouw zijn vertrouwen stelt, behalve als hij
thuis is én buiten. Op dat ogenblik is hij Siberisch doof. Onmogelijk om
hem vrolijk naar zijn baas te krijgen zonder een beloning. Hoe los je
dat op, Geen idee!! daarom dat het waarschijnlijk geen slecht idee is
dat het baasje zelf gedragstherapie voor honden gaat studeren.
Persoonlijk heeft baas Marc geen enkel probleem met zijn oogappel.
Tijdens de trainingen op school is er geen andere hond die zo wil werken
als Elmo. Zelfs in de A klas is hij de enige die zowel vast als los kan
volgen, een keurige zit-voor kan laten zien en zelfs een begin van de
onderbreking aankan. Het enige wat niet lukt is: apporteren. hoe komt
zoiets? Heel eenvoudig: als pup geroepen worden om alleen maar een pak
op je donder te krijgen is meer dan traumatisch. Dat zoiets blijft
natuurlijk hangen en verplaatst zich in de tijd. Je kan gerust stellen
dat Schelmo af en toe vervaarlijk uit de hoek kan komen maar zonder
inpakt voor zijn medebewoners. Het is alleen jammer dat hij zijn
verleden met zich meesleept anders kon ik wel stellen dat hij een bijna
perfecte Hovawart zou zijn. Net zoals bij zijn half broeder Nando ligt
het probleem bij het vertrouwen. Hoe verkrijg je dat? Door er intensief
en langdurig mee bezig te zijn. Als baas blijf ik geloven in zijn
mogelijkheden ofschoon de buurt hem liever naar de eeuwige jachtvelden
zou zien vertrekken. Zij hebben natuurlijk nog nooit een "echte"
Hovawart in actie gezien. Axel en Dunja nemen al een speciale plaats in
in het hart van hun baas maar Elmo mag met recht en rede zijn plaats
opeisen in de hiërarchie wat de liefde van zijn baas betreft. Na alles
wat hij hij heeft moeten doorstaan, is hij buitengewoon aanhankelijk
(bij momenten). Vertrouwen tussen hond en baas groeit allen maar met de
jaren en als ik bedenk dat de vorige eigenaars hem liever dood dan
levend zagen, kan ik alleen maar zeggen: Elmo, ik hou van je met al je
gebreken en angsten.
Je toegewijde baasje.
|