|

Een gesloten hemel met geopende sluizen: dat was onze begroeting wanneer we
parkeerden in het centrum van Hoegaarden. Voordien hadden we zo onze bedenkingen
gehad wat het parcours betrof maar onder de huidige omstandigheden leken veel
verharde wegen dan toch niet zo erg. Wachtend op de andere deelnemers, vonden we
beschutting tegen de regen in de kiosk op het gemeenteplein. Na Ronald spoelde
iets voor tien uur ook Ingrid aan. Minuten later trok ons gezelschap zich op
gang. Het regende nu iets minder fel maar echt motiverend was het niet in de
wetenschap dat we voor de komende drie uur zouden rondtrekken..
Na enkele straten te hebben doorkruist, stapten we over het terrein van
brouwerij De Kluis om zo de eerste helling van de dag te verteren. Een holle weg
leidde ons uit het centrum van Hoegaarden. Met bladeren bedekte, natte kasseien
maakten het meteen moeilijk om vlot te vorderen. Als kers op de taart versperde
ons een omgevallen boom de weg. Tegen de helling omhoog klauterend om nadien
voorbij de boom schuivend of vallend opnieuw op de weg terecht te komen. Onze
hondjes bekeken onze capriolen met pretlichtjes in de ogen. Die waren immers
gewoon onder de stam door gehuppeld. Een eind verder hielden de kasseien op en
kregen we een minimaal verharde weg onder de voeten. Door de regen van de
afgelopen weken, werd het meer en meer door de modder baggeren en verheugden we
ons wanneer we een betonnen baantje voorgeschoteld kregen.
Ondertussen had het even opgehouden met regenen maar terwijl we door het zacht
glooiende landschap onze weg richting Hauthem vervolgden, konden we vanaf dit
punt reeds op de vingers van een hand natellen dat dit slechts een regenpauze
was. De overheersende zuidwestenwind joeg alweer de volgende bui onze richting
uit. Die bereikte ons net nadat we de dorpskern van Hauthem hadden verlaten. Een
fietsweg en aansluitend een modderige en vooral glibberige veldweg: zo konden we
naar Hoksem geraken, het volgende punt op de etappe.
Een steil afdalend maar vooral ontzettend glibberig kasseiweggetje bracht ons
vanuit het centrum tot in de vallei van de Mene. Een kleine betonnen brug over
dit riviertje was het laatste stukje verhard tot we de dorpskern van Meldert
zouden bereiken.
Met het risico in herhaling te vallen: het werd modder baggeren, vaak
tot aan de enkels. Als verzwarende omstandigheid, waterde het pad vaak
nog af ook zodat we eigenlijk heel de tijd niks anders deden dan
uitglijden. Een bijzonder zware brok om te verteren en vooral bij Marc
deed de vermoeidheid zich al vlug gevoelen. Hij liet de anderen rustig
voorgaan en probeerde een eigen tempo te zoeken wat helaas niet wilde
lukken.
Tussen twee modderbaden door, nam de route ons op sleeptouw door een
boomgaard. Of appelbomen of ander fruit: dit stukje van de route moest
vooral prachtig zijn wanneer in het voorjaar de fruitbomen in bloei
stonden. Het golvende terrein en de overvloedige modder ontnamen elke
mogelijkheid om te recupereren. Heel even op adem komen kon enkel in het
centrum van Meldert. Eens daar voorbij doken we alweer het volgende
natuurgebied in richting kasteel van Meldert. Ofschoon vlakker was het
ook hier al modder en uitglijden wat de klok sloeg. Vanaf het kasteel
mochten we een zompig weiland oversteken. Er was nog gemaaid maar de
zware machines hadden de grond beenhard gemaakt zodat de overvloedige
regen van de afgelopen weken nauwelijks in de bodem had kunnen dringen.
De
route schotelde dan een vlonderpad voor. Ook op de natte planken bleef
het krampachtig vorderen en uitkijken om niet uit te glijden. Deze
wandeling was mogelijk zo al pittig genoeg maar de modder bracht ons op
de limiet van onze krachten.
Wie het allemaal niet kon deren waren onze trouwe viervoeters. Pepper
keerde af en toe om. Als ze haar baas nog kon zien, bleef ze gewoon
verder in het spoor van haar tante volgen. B’Elanna had haar roedel
stevig onder controle. Zelfs de nog zeer jonge en onstuimige Vasco had
zich aan haar moeten onderwerpen toen hij haar iets te gretig uit wilde
nodigen om met hem te ravotten. Het was als een echo van de vorige
generatie: toen was het Dunja geweest die braafjes Jadzea volgde. Jadzea
controleerde niet zo fel als B’Elanna en liet dit eigenlijk liever aan
Axel over wanneer die mee op wandel was.

Na
het verlaten van het natuurgebied kregen we nog eens een betonlint onder
de voeten, wel met het nadeel dat het vals plat was. De volgende afslag
naar rechts opnieuw een veldweg met weer voldoende mogelijkheden om in
de modder uit te glijden. Bij het begin van deze veldweg hadden we nog
ruim vijf kilometer voor de boeg. Gedurende een kilometer of twee bleken
de hellingen nauwelijks iets voor te stellen maar voor wie niks meer in
de tank had zitten, werd elke helling een ware marteling. Gelukkig dat
Peter, zoals steeds, een meer dan behoorlijk aantal foto’s wist te
schieten. Dankzij zijn ijver konden we tenminste thuis nog van de
prachtige landschappen genieten. Onderweg was het bijna continu
uitkijken geblazen geweest om niet onderuit te gaan. Neem het maar van
ons aan: zo mis je heel veel!
Volgende punt op de wandeling bleek Nerm te heten. Enkel een straat of
een gehucht van Hoegaarden? Bij nazicht een gehucht dat naadloos met de
kern van Hoegaarden aansluiting heeft.
We konden nu opnieuw genieten van holle wegen voorzien van kasseien. Dat
genieten bleek echter van korte duur want blijkbaar maakte onze route nu
deel uit van een omleiding voor het doorgaande verkeer richting
Hoegaarden. Over ruim anderhalve kilometer dienden we ons om de
haverklap een plek tegen de helling te zoeken om al die voertuigen
doorgang te verlenen. Vanaf het kerkhof van Hoegaarden konden we
eindelijk een toevlucht tot het voetpad nemen. Met de kerktoren in
zicht, wisten we dat deze tocht er bijna op zat.
Terwijl Ingrid en Ronald nog een stukje tot het Gemeenteplein mochten
wandelen, kregen B’Elanna en Pepper reeds een poetsbeurt in de auto die
gemakkelijkheidhalve pal voor brasserie
Kappitelhuys geparkeerd
stond. Een paar minuten later vergezelde ons Ronald naar binnen. Hoogste
tijd voor een natje en een droogje!
In
vele opzichten is deze wandeling een aanrader maar het is zeer
belangrijk het juiste moment uit te kiezen. Waarschijnlijk is het
voorjaar ideaal maar enkel na een langere droge periode met milde
temperaturen. Over grote delen van de wandeling valt er geen schaduw te
bespeuren dus absoluut te vermijden tijdens hete zomers.

|